Heb je geen zin om te draaien of heb je geen pottenbakkersschijf tot je beschikking, dan kun je heel eenvoudig zelf thuis keramiek maken uit klei. En dan bedoel ik geen droogklei want daar kun je geen keramiek van maken. Het enige dat je wel nodig hebt is een pottenbakkersoven, maar de meeste keramiekstudio’s hebben een stookservice waar je je stuk kunt laten bakken tegen een vergoeding. Wil je een oven plekje huren en woon je in de provincie Utrecht (mijn pottenbak molen staat in Woudenberg), dan kun je mij ook altijd even een dm sturen via Instagram om te kijken of er een plekje in de oven vrij is. De prijzen variëren tussen de 3 en 15 euro afhankelijk van de stook en grootte van het stuk(ken).
Je eigen botanische borden maken in 7 stappen
Het is niet moeilijk om zelf borden te maken, als je gebruik maakt van klei platen. Platen zijn niet meer dan plakken klei die je met een roller (deegroller) uitrolt tot een plaat met de voor jou, juiste dikte en grootte. Deze plaat bewerk je zodat het een bord wordt. Hieronder lees je hoe je dit doet.

Benodigdheden voor het maken van bloemafdruk borden zonder draaischijf
-Klei geschikt voor de keramiekoven in een lichte/witbakkende kleur zodat de inkleuring duidelijk zichtbaar is. Dit kun je bestellen of kopen bij een beeldhouw of kunst winkel.
-Een deegroller
-Een ronde vorm met een opstaande rand (bijvoorbeeld een ander bord of een mal die je van hout maakt)
-Een zachte lomer een niervormig zacht rubbertje)
-Een mesje
– Onderglazuur of oxides in een geschikte kleur
-Transparante glazuur met een baktemperatuur die overeenkomt met je klei
-Plantjes, takjes of bloemen die je wilt afdrukken
-Een keramieknaald
-Penselen voor het glazuren
– Een keramiekoven of een gehuurde plek in de oven
-Een groot stuk spijkerstof, canvas, vuilniszak of tafelzeil
Stap 1 Klei walken
Je hebt de klei gekozen waarmee je je servies wilt maken. Ik kies zelf altijd steengoed klei, omdat dit geschikt is om op hoge temperaturen te bakken. Dit betekent dat het met de juiste glazuur, tegen een stootje kan en ook magnetron- en vaatwasbestendig wordt. Afhankelijk van de grote van je bord, snijd je een stuk klei af met een snijdraad. Neem de eerste keer wat meer klei dan je denkt nodig te hebben en gebruik de restjes voor je volgende bord. Als je de klei afsnijd van een klei brood, hoef je het niet per se te walken (kneden). Maar hergebruik je klei of heb je het tot een bolletje gekneed dan is dit wel verstandig.
Walk de klei door er telkens een ossenkop van te maken. Dit proces zal ik tzt verder uitleggen, maar eigenlijk maak je een bol, die je telkens met twee handen (die de bol omsluiten) van boven naar beneden drukt in een soort rondgaande beweging langs je lichaam. Hierbij draai je de lei telkens een beetje. Als er een vorm van een ossenkop (zie hieronder) ontstaat weet je dat je goed bezig bent 😉

Stap 2 de klei rollen
Als de klei goed gekneed is pak je de deegroller er bij. Leg je stuk klei op een grote lap bij voorkeur spijkerstof maar als je dit niet hebt, is een vuilniszak of nog beter tafelzeil ook een optie. Dit plakt alleen wat meer. Rol de klei uit en draai je plak telkens een kwart slag. Zo voorkom je dat de spanning in de klei te veel opbouwt aan 1 kant, waardoor je stuk sneller kan barsten. Ik rol meestal in setjes van 4 waarbij ik naar voren als 1 tel en naar achter ook als 1 tel. Ben ik bij 4 dan draai ik de klei een kwart slag. Rol je deegroller niet helemaal tot het eind ( zie afbeelding hieronder), anders worden je uiteinden platter dan de rest. Om te vooromen dat je klei een ongelijke dikte krijgt, kun je laatjes van ca 0,6 cm aan de zijkanten leggen, zodat je deegroller nooit onder het niveau van de latjes komt. Heb je geen latjes dan kun je natuurlijk ook op gevoel rollen.

Stap 3 de klei glad maken
Als je klei plan goed is uitgerold en ca 0,6 mm dik is, kun je de bovenkant met de zachte lomer glad strijken. Eventuele luchtblaasjes prik je met de naald in en werk je weg met de lomer. Gebruik de lomer in verschillende richtingen zodat de klei spanning verdeeld wordt.
Stap 4 De botanische afdruk maken
Pak je ronde vorm erbij zodat je weet hoe groot je plak straks wordt. Binnen dit vlak leg je je bloemen of takjes op de klei. Vervolgens rol je de bloemen of takjes voorzichtig in de klei met de deegroller. Druk niet te hard, maar geef net een beetje druk dat de nerven van eventuele blaadjes te zien zijn. Met de naald haal je de plantjes voorzichtig uit je werk.

Stap 5 Het bord uitsnijden
Gebruik je vorm om de klei uit te snijden. Dit doe je door de vorm voorzichtig op de klei te leggen en het mesje (het mesje blijft met een hoek van 90 graden op de tafel) langs de zijkant te halen. De restjes klei bewaar je onder plastic, zodat je die kunt hergebruiken voor je volgende bord.
Hier zie je een klein filmpje op mijn Instagram pagina @oldmillpottery met de stappen.
Stap 6 Je zelfgemaakte bord afwerken
Bij deze stap hangt het er van af, welk soort voorbeeld vorm je hebt gebruikt. Heb je net als ik een soort drukmal van hout (Deze heeft mijn vader van MDF gemaakt. De hoeken lopen schuin naar boven) dan kun je de mal met de kant waar de cirkel het kleinst is op de klei leggen. Je flipt hem dan met behulp van de mal om zodat de goede kant op het het hout ligt en de onderkant van het bord aan de buitenkant ligt. Je kunt nu de onderkant met de lomer glad maken en je werk signeren. De randen van het bord kun je nu een beetje met de lomer omvouwen en met je vingers een beetje bijwerken. Leg het bord (dat dus op de kop ligt) met voorbeeldvorm even weg (ca 45 min) om een beetje uit te harden.
Gebruik je een bord als voorbeeld vorm dan doe je deze stappen net even andersom. Het is dus belangrijk dat je eerst de onderkant van je bord glad maakt met de lomer en je werk signeert. Straks ga je namelijk je bord met de bovenkant naar boven in het voorbeeld bord leggen maar niet voordat je de onderkant van je bord netjes hebt gemaakt. Dit doe je door je werk om te keren (voorzichtig het liefst met stof en al). Omdat je bord nu met de goede kant op de tafel ligt, is het van groot belang dat de ondergrond glad (en schoon!) is, anders krijg je ongewilde afdrukken tussen de plantafdrukken en dit is moeilijk bij te werken.
Als je de onderkant netjes hebt gemaakt, leg je het bord met de onderkant naar beneden in je voorbeeld bord. Met de lomer en je vingers benadruk je de overgang tussen de onderkant en de randen. Zorg ervoor dat de bodem van je bord het voorbeeld bord goed raakt, zodat de bodem volledig plat wordt.

Belangrijk!
Gebruik je net als ik een houten mal, dan is het belangrijk dat je je bord niet te lang laat drogen. Nog voordat de klei leerhard is moet je de voorbeeld vorm al van je klei halen en je bord plat wegleggen. Laat je hem te lang drogen dan zullen je randen snel scheuren. Dit komt omdat hout sneller vocht absorbeert dan lucht. Meer dan eens vielen de randen van mijn borden, omdat ik ze te lang op de vorm liet liggen. Dit kun je ook voorkomen door de borden in te pakken met plastic en geleidelijker te laten drogen.
Gebruik je een bord als voorbeeld vorm dan zal juist de kant die blootstaat aan de lucht sneller drogen dan het deel dat het bord raakt. Ook hier is het belangrijk regelmatig je werk te checken, als zal bij deze manier je bord minder snel barsten.
Kun je de borden van de vormen halen, leg ze dan verder drogen op een vlakke plank.
Tip: Maak van stof van oude t-shirts zakjes die je vult met rijst of kattengrit. Door een of meerdere zakjes op je bord te leggen, zal hij minder snel krom trekken.
Stap 7 Je borde inkleuren voor of na de biscuit stook

Zijn je borden biscuit gestookt, dan kun je nu je borden inkleuren en glazuren. Mocht je niet kunnen wachten dan kun je de onderglazuur (dit hangt van het type onderglazuur af) of oxides ook op de ruwe klei aanbrengen. De een vind dit prettiger werken dan de ander. Test gewoon even uit wat jij fijn vindt. Wacht nog wel met de transparante glazuur, want die kun je pas aanbrengen als je werk biscuit gestookt is.
Je kunt er voor kiezen om oxides (pigmenten in poedervorm) te gebruiken of onderglazuren. Hoewel ik met beide werk, vind ik het werken met oxides altijd fijner omdat ik daarmee echt zie wat ik doe en je kunt het wat beter verdunnen of juist dikker maken door meer of minder water toe te voegen. Zo loopt het wat beter in de nerf. Heb ik een foutje gemaakt dan kan ik dit herstellen met water en een klein sponsje.
Anderen zullen juist de voorkeur geven aan onderglazuren omdat de meeste merken ook nog te mengen zijn en omdat de kleuren al kant en klaar zijn. Je kunt bij beide met een penseel in de nerven van je afdruk, de kleur aanzetten. Overtollig verf, werk je weg met een nat sponsje. Als de inkleuring droog is, kun je na de biscuit bak het gehele bord glazuren met een transparante glazuur. Deze kun je gewoon in het juiste aantal lagen over je onderglazuur aanbrengen.
Tip: Natuurlijk kun je ook andere producten maken. Denk eens aan een leuk schaaltje in de vorm van een blad, een theezak schoteltje of een zeepschaaltje.

Is je je glazuur goed gedroogd, dan kun je het stuk (laten) afbakken. Veel maak plezier en eet smakelijk van je nieuwe borden!